De nieuwe jongen

In de klas van Daniel komt een nieuwe jongen, George. Het is een vreemde jongen. Hij heeft blauwe, uitdrukkingsloze ogen, geeft staccato antwoorden. Vaak is het alsof hij niks begrijpt, tegelijkertijd lost hij de allermoeilijkste hoofdrekensommen op en kan hij voetballen als Messi. Hij lijkt wel ‘een… een alien of zo.’ Niet lang daarna onthult de monsterlijke meneer Zomp het geheim. Hij vertelt hoe hij George gemaakt heeft, laat zien dat hij aan- en uitgezet kan worden. George is een apparaat, zeggen zijn makers. Maar daar denken de vrienden heel anders over. Ja, hij is gestoord, maar zijn ze dat zelf niet ook? George is een van hen. Hij hoort bij hen. Hij is hun maat. En dus gaan ze hem redden.
De nieuwe jongen is niet alleen een heel spannend verhaal. Het stelt ook uitdagende filosofische vragen. Wat is gewoon? Wat is geluk? Wat maakt ons mens? En wat geeft ons het recht om over een ander te bepalen? En het is prachtig hoe kinderen het voortouw nemen en het doen wat goed is voor George, die wonderlijke jongen die hun vriend is.