Auteur: Marco Kunst
Illustraties: Marieke Nelissen
Uitgeverij: Gottmer
Een geheimzinnig schip, een vloek, magie en personages met wie je het fabelachtige avontuur beleeft als was het het jouwe… Met Het verlangen van de prins schreef Marco Kunst voor mij zijn beste boek tot nu toe.
Lode is een wees. In de hartverscheurende proloog waarmee Kunst je het boek in sleurt lees je hoe zijn ouders zich in een woedende draaikolk opofferen om hem te redden. De schrijver laat meteen zien hoe talig hij is: ‘Het water om hen heen wervelde en schuimde hissend en sissend.’ En ook hoe zijn schrijven kan raken: ‘Niet alleen haar hart brak op dat moment, alles in haar viel uit elkaar, al haar dromen, haar hoop… ‘
In dit machtige boek gebeurt zoveel dat het zich bijna niet laat samenvatten. Ik zal toch poging wagen.
Zeven jaar nadat Lode aanspoelde op het strand – hij is dan een jaar of 10 – komt oma Walyu in het kille weeshuis waar hij woont koken. De warme en ook geheimzinnige oude vrouw uit Indonesië ontfermt zich over de kinderen en vertelt hen verhalen uit haar jeugd: ‘jullie geloven vast niet alles wat ik vertel. Maar de verhalen uit mijn land bevatten de wijsheid van dromen. En dromen zijn sterker dan alle natuurwetten! Veel sterker. Onthoud dat!’
Het verhaal Lode dat dieper raakt dan hij zelf begrijpt, gaat over het vervloekte eiland van de prins dat oma Waylu toen ze klein was vanaf het strand zag liggen. In de wateren rond het eiland heersten kwade krachten die de woede van de prins werden genoemd. Die woede zwierf over alle wereldzeeën.
Lode kent de prins uit zijn dromen en ook het eeuwenoude schip waar hij in dit avontuur aan boord zal gaan dat alles met de woede van de prins te maken heeft. De opvarenden, een wonderlijk stel, zijn allen verdoemd. Op hen rust een vloek: eenmaal aan boord kom je er nooit meer vandaan. Achtervolgd door de woede van de prins moeten zij eeuwig zwerven. Het is aan Lode om hen en zichzelf te verlossen.
Dit boek – waarin het vertelplezier van de bladzijden spat – bevat alle opwindende, elkaar versterkende elementen om een klassieker te worden. De taal is verfijnd, het verhaal is even krachtig als dromerig en de ongebreidelde fantasie doet, het werd al eerder opgemerkt, aan Biegel denken. De schitterende, vaak paginagrote illustraties van de talentvolle Marieke Nelissen vatten de wondere wereld van Kunst in beeld en voegen daar eigen sprankjes magie aan toe.
Het is een geweldig boek om voor te lezen (aan kinderen vanaf een jaar of acht en lang daarna) en is vanaf een jaar of 10 goed zelf te lezen. Het zal meedoen in de volgende ronde van het Boekwijzer Lidmaatschap.
BEN JIJ AL LID VAN BOEKWIJZER?
Hier ontdek je wat het Boekwijzer Lidmaatschap inhoudt en kun je je meteen inschrijven!
