ZÓ BELANGRIJK IS VOORLEZEN (MET VOORLEESTIPS)

Dat voorlezen het leesplezier en leesgedrag stimuleert, ligt misschien voor de hand, maar wat de invloed is die het heeft op de taal -en rekenvaardigheid, woordenschat en sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen is veel minder bekend. Daarnaast weet nog lang niet iedereen dat je met voorlezen niet vroeg genoeg kunt beginnen. Daarom zet ik dat alles hieronder voor jullie graag nog eens op een rijtje.

De perfecte voorbereiding op leren lezen
Voorlezen is een van de belangrijkste activiteiten voor het ontwikkelen van de kennis die nodig is om uiteindelijk succesvol te kunnen lezen. Hoewel de grammaticale regels voor geschreven en gesproken taal hetzelfde zijn, worden verschillende grammaticale vormen benut. Over het algemeen is de geschreven taal complexer en gevarieerder. Voorlezen laat kinderen met letters, woorden, grammaticale vormen en regels, en de uitspraak van woorden kennismaken, die ze anders zouden missen. Die kennismaking maakt het voor hen makkelijker om letters te decoderen en de (best lastige) Nederlandse grammatica onder de knie te krijgen.

Dwars-door-de-nachtDit neemt natuurlijk niet weg dat zelf verhalen verzinnen ook geweldig is en ga daar ook vooral mee door. Op de website van Hans Hagen kun je lezen dat hij Maliff en de wolf – een van de verhalen uit zijn prachtige Dwars door de nacht (had zo de voorleestip voor kinderen van 8+ kunnen zijn), aan zijn dochter Imme vertelde toen hij met haar en Monique een reis door de woestijn van Syrië maakte. Onderweg werd Imme ziek. Ze vroeg of hij een verhaal wilde voorlezen, maar alle boeken zaten in de rugzak in de achterbak. Hij verzon dit prachtige verhaal en het verhaal werd een boek. (En Imme werd gelukkig snel weer beter.) kijk hier een filmpje over het boek en lees hier wat meer. 

 

Effecten op de sociaal-emotionele ontwikkeling
‘Wie leest, leeft’, schreef schrijver Philip Huff in een overtuigend artikel voor De Correspondent. ‘Je begrijpt de wereld beter als je hem vanuit verschillende perspectieven kunt bezien. Juist door boeken te lezen verplaats je je in het hoofd van een ander, en leer je een beetje beter begrijpen hoe die ander de wereld ziet.’ Raker had hij het niet kunnen verwoorden. (Voor)lezen maakt kinderen empatischer, aardiger, fantasierijker en minder wereldvreemd. Het stelt hen in staat om adequater te reageren op gevoelens van andere mensen, daar meer voor open te staan en breder geïnteresseerd te zijn. Ons brein, zo bewijzen verschillende onderzoeken, maakt niet veel onderscheid tussen lezen over gebeurtenissen en het meemaken van die gebeurtenissen in het echte leven. Uit fmri-scans is zelfs gebleken dat in beide gevallen dezelfde hersengebieden en neurale netwerken oplichten. Zo gek is het dus niet dat je – als je een prachtig boek hebt dichtgeslagen – het gevoel kunt hebben dat je het avontuur zelf beleefd hebt, dat je de hoofdpersoon zelf even was. 

Je kunt niet vroeg genoeg beginnen
Hoe eerder je begint met voorlezen hoe groter de woordenschat van een kind op tweejarige leeftijd. Baby’s die worden voorgelezen lopen met vijftien maanden al voor in hun taalontwikkeling en breiden die voorsprong vervolgens alleen maar verder uit. Het is aangetoond dat voorlezen tot daadwerkelijk meer activiteit in de hersenen van het kleuterbrein leidt. Juist in de voorschoolse jaren is de rol van ouders van substantieel belang. Al was het maar omdat kinderen in die beginjaren nog van ouders afhankelijk zijn om boeken überhaupt in hun handjes te krijgen. Ik kan me voorstellen dat het misschien raar lijkt om je drie maanden oude baby voor te lezen, maar hoop dat deze feiten ervoor zorgen dat je het toch gaat doen. Probeer het maar eens met liedjesboekjes, of een klassieker als Rupsje Nooitgenoeg.

Daar buiten loopt een schaap
25% van de ongeveer 400.000 kinderen tussen twee en drie jaar begint de basisschool met een taalachterstand.
Kinderen die 15 minuten per dag lezen of worden voorgelezen, lezen ongeveer 1.146.000 woorden per jaar.
Kinderen die minder dan 5 minuten per week lezen of worden voorgelezen, lezen per jaar maar ongeveer 21.000 woorden.

Herhaling, prentenboeken, interactie, rijm en melodie
Voor de kleinsten geldt dat de winst nóg groter is als een verhaal herhaald wordt voorgelezen. O nee, niet weer dat boek, hoor ik sommigen al denken… Daarom is het ook zo belangrijk om samen een boek uit te kiezen of de rollen met je partner te verdelen. Bedenk vooral wat jij leuk vindt om voor te lezen. Hou je van gek, lief, spannend, afgerond, open, plaatjes, rijm? Als je een boek leest dat je zelf mooi vindt, is herhaling opeens niet zo’n groot probleem meer.

De effecten van voorlezen worden nog positiever als het verhaal van context is voorzien door illustraties en als voorlezers de interactie zoeken met kinderen, bijvoorbeeld door vragen te stellen of naar de tekst te wijzen. Hetzelfde geldt voor melodie en rijm. Bij kinderen wordt taalontwikkeling, taalvaardigheid en zelfs fantasie bevorderd door rijm. De melodie van liedjes zorgt ervoor dat woorden nog beter onthouden worden.

Boekwijzer | Lichtjes in je ogenExclusieve aandacht versterkt de band
Voorlezen versterkt de band tussen ouder en kind aantoonbaar. Tijdens het voorlezen is de aandacht exclusief voor kinderen en dat vinden ze prettig; kijk maar naar het herkenbare gedichtje hiernaast dat uit Lichtjes in je ogen van Hans & Monique Hagen komt.
Een verhaal kan ook een mooie aanleiding zijn voor een gesprek over iets wat op jouw of het hart van een kind ligt, of om het te hebben over iets wat jou, een kind of jullie allebei interesseert.
En het kan je iets vertellen; het is zoals Miep Diekmann me zo waar vertelde: ‘let goed op de eerste vraag die je kind stelt, want dát is het onderwerp dat het kind in het boek bezighoudt en dát heeft iets met hem of haar te maken.’

Ga er vooral (zo lang mogelijk) mee door!
Hoewel de invloed van ouders naarmate kinderen ouder worden – door onder andere het feit dat ze zelf gaan lezen en naar school gaan – minder significant wordt, blijft hun rol groot. Voorlezen stimuleert kinderen om te blijven lezen en het lezen van boeken houdt – in tegenstelling tot andere mediasoorten – positief verband met scores op alle onderdelen van de Cito-toets. Het geeft kinderen betere kansen in hun educatieve en academische ontwikkeling.
Filosoof Coen Simons zei het mooi op het jaarlijks congres van Stichting Lezen: ‘Mensen hechten zich aan wat gewoon is. Als je veel voorleest, ontwikkelen kinderen een liefde voor dat moment.’
Ga er dus vooral zo lang mogelijk mee door. Het blijft een geweldige manier om kinderen te enthousiasmeren voor literatuur, om hen nieuwsgierig te maken naar boeken die ze anders misschien niet zouden lezen. Voorlezen kan kinderen ook stimuleren zelf te gaan schrijven. Annet Huizing won in 2015 een Zilveren Griffel voor haar geweldige Hoe ik per ongeluk een boek schreef. Een bijzonder boek om in een ruk uit te lezen, dat spannend is en ontroert (tranen met tuiten bij mij) en de lezer heel veel leert over hoe je dat nou doet, een boek schrijven.

Hoe ik per ongeluk een boek schreefKinderen die buiten school lezen, hebben vijf keer zo veel kans boven hun verwachte niveau te kunnen lezen.
Kinderen die dat niet doen, vijf keer zo veel kans ónder hun niveau te gaan lezen.
25% van de leerlingen heeft een taalachterstand aan het einde van de basisschool.

Kies een boek op maat
Elk kind is anders, en daar horen ook andere boeken bij. Moeilijk, makkelijk, spannend, lief, snel, traag, historisch, futuristisch, feitelijk, fantasierijk… In de grote, mooie boekenvijver is zo veel te vinden en echt: voor ieder kind is er een boek. Kinderen die niet van lezen houden, kunnen daardoor gaan denken: hé, dat was lang zo stom nog niet en kinderen die goed lezen zullen worden uitgedaagd. Schroom niet om advies in te winnen bij boekenwinkels of andere deskundigen (bijvoorbeeld boekwijzer.com).

Zijn jullie overtuigd?
Ik hoop dat ik jullie er in dit stukje van bewust heb gemaakt dat baby’s, peuters en kleuters die 15 minuten per dag (hoeft niet aan een stuk door) worden voorgelezen – in vergelijking tot leeftijdsgenootjes die niet worden voorgelezen – uitgroeien tot betere lezers, beter presteren in taal én rekenen en een voorsprong nemen in hun sociaal-emotionele en creatieve ontwikkeling. Deze effecten duren voort gedurende de basisschool en de verdere schoolloopbaan. Er is geen onderscheid, álle kinderen profiteren in dezelfde mate van voorlezen, de invloed is altijd positief!

Op de leesmonitor.nllezen.nl en voorleesexpress.nl kun je nog veel meer weetjes en achtergronden vinden over het belang van lezen.

Boekwijzer | KinderboekentipsEn dan nu een lijst met voorleestips, steeds een klassieker en een wat nieuwe boek. Zo’n lijstje levert wel meteen een probleem op, want dan moet ik kiezen. Daar ben ik al heel slecht in, laat staan als het om kinderboeken gaat. Ik heb daarom zonder al te lang na te denken een aantal prachtige boeken uit mijn kast gepakt. Maar Gebr., Aadje piraatje, Het boek van alle dingen, KroonszDe kinderen van moeder aarde, Wonder en… en… en… ze hadden er allemaal tussen kunnen staan. Waar ik maar mee wil zeggen dat er zo veel moois verschijnt en al ligt in de rijke kinderboekenwereld.

0+

Van wie hoed? | boekwijzerJoukje Akveld is de bedenker van een fijne, nieuwe wie-of-wat-hoort-hierbij-serie voor peuters. De achterliggende gedachte is geweldig: elk deel zal door een andere bekende Nederlandse tekenaar verzorgd worden, zodat jonge kinderen al vóór de prentenboekenleeftijd kennis maken met de beeldtaal van deze illustratoren. In die opzet is ze in het eerste deel: Van wie is die hoed – waarvoor Thé Tjong-Khing de illustraties maakte – met vlag en wimpel geslaagd. Het mooi uitgegeven boekje staat vol herkenbare tekeningen en kleine grapjes. Kijk hier voor meer informatie en hier voor een vrolijk filmpje.

 

Stappe stappe stepDe tiende druk van Stappe stappe step werd ter gelegenheid van de negentigste verjaardag van Miep Diekmann met de originele illustraties van Thé Tjong-Khing in kleur uitgegeven. Dit boekje was baanbrekend toen het in 1979 verscheen. Voor het eerst werd een boek geheel aan de allerkleinsten gewijd en vanuit hun logica, spreektaal en nieuwsgierige ogen geschreven. Het betekende de doorbraak van meesterillustrator Thé Tjong-Khing. Zijn tekeningen verlevendigen de originele versjes fantasievol en krachtig.
Lees hier het interview van Boekwijzer.com met Miep Diekmann.

1+

Kleine blauwe truckIn Kleine blauwe truck van Alice Schertle groeten de dieren Kleine blauwe truck vrolijk als hij een eindje gaat rijden: “‘Piep!’ doet Kuiken, ‘Tok!’ doet Kip. / ‘Mèèè!’ mekkert Gijsje Geit. / ‘Toe-toet!’ groet Kleine blauwe truck, / die langs hun weitje rijdt.” Als Grote gele truck lomp voorbijraast, zullen de dieren met blauwe truck voorop hem weleens een lesje behulpzaamheid leren. De vrolijke illustraties van Jill McElmurry zijn allemaal mooi, maar het plaatje waarop Papa Pad zijn grote spierballen laat zien en die waarop de dieren over elkaar heen tuimelen zijn bij ons favoriet. Toe-toe-toet, deze bestseller uit de Verenigde Staten doet het bij alle kinderen goed! Kijk hier naar een leuk filmpje. 

kleine mol‘Toen de kleine mol op een dag zijn kop boven de grond stak om te kijken of de zon al op was, gebeurde het: het was rond en bruin en zag er een beetje uit als een worst – en wat nog het ergste was: het kwam precies op zijn kop terecht.’ Dat laat hij niet zomaar gebeuren. De dieren moeten hem er in kleuren en vooral in geuren van overtuigen dat de poep op zijn kop niet van hen is. Als de kleine mol de dader eenmaal heeft gevonden is zijn wraak stinkend goed. Werner Holzwarth schreef Over een kleine mol die wil weten wie er op zijn kop gepoept heeft in 1989. De illustraties van Wolf Erlbruch zijn zo levendig dat je je neus dicht moet knijpen bij de bruingroene koeienvlaai en het zachte, bruine hoopje dat het varken achterlaat. De oorspronkelijke titel is trouwens zo mogelijk nog grappiger dan de Nederlandse: Vom kleinen Maulwurf, der wissen wollte, wer ihm auf den Kopf gemacht hat.

 

2+

Kunst met taart.inddIn Kunst met taart – het nieuwste boek van de geweldige Thé Tjong-Khing – wordt het schilderij van mevrouw Hond gestolen. Net zoals in de Waar is de Taart-serie zijn er talloze verhaaltjes en grapjes te ontdekken in dit mooi uitgegeven boek. Met de manier waarop de achtervolging van de dief de dieren door een wereld opgebouwd uit kunstwerken van grote meesters uit de geschiedenis leidt, heeft Thé Tjong-Khing zijn eigen meesterwerk geschapen. Kijk hier naar een leuk filmpje over dit boek. 

 

lichtjes in je ogenIn 1988, iets nadat hun dochter Imme werd geboren, besloten Hans en Monique Hagen samen gedichtjes te maken voor peuters en kleuters; eerst verscheen Daar komt de tijger, daarna Misschien een olifant. Later werden de unieke, grappige gedichtjes gebundeld in Lichtjes in je ogen. Herkenbaarder en verrijkender voor de allerkleinsten is het daarna wat mij betreft in een dichtbundel niet meer geworden. Een genot om voor te lezen. De prachtige illustraties van Marit Törnqvist voegen een eigen beeldverhaal toe. Lees hier het interview van boekwijzer met Hans & Monique.

 

3+

cowboyterDe Cowboyter is de grappige titel van het prentenboek dat Dimitri Leue schreef over Joppe de kabouter die liever een cowboy wil zijn. Hij wil zijn puntmuts inruilen voor een cowboyhoed en hij gaat op zoek naar een paard. Met O-benen lopend, als een echte cowboy, gaat hij op zoek naar een paard, maar iedereen lacht hem uit. Gelukkig komt het allemaal goed in een origineel slot dat niet anders dan een glimlach op je gezicht zal toveren. De fantasierijke, verrassende illustraties van Tom Schoonooghe zijn om te smullen en maken het boek bijzonder. 

 

Woeste WillemWoeste Willem heeft, sinds Ingrid & Dieter Schubert hem in 1992 schiepen, nog niks van zijn humeurigheid en toch wel kleine hartje verloren. In hun nieuwste prentenboek Opvrolijkvogeltje, waar Edward van de Vendel het mooie verhaal voor schreef, maken ze indruk met een nieuwe stijl. Wat mij betreft is het een niet beter dan het ander. De dromerige prenten van Woeste Willem waarop eindeloos veel te ontdekken is, zijn tijdloos (en doen ook meteen verlangen naar hun andere klassiekers als Monkie en Platvoetje).

 

4+

Unknown-8In Meester Max en de minimonsters laat Rindert Kromhout, die zelf peuterleider is geweest, bijna alles wat in de eerste en tweede klas van de lagere school kan gebeuren aan bod komen. Deze bundeling van vrolijke verhalen over de klas van Meester Max is met zo veel humor geschreven dat je zelf meer dan regelmatig met je kinderen mee zit te gniffelen. Rindert Kromhout slaagt erin om telkens weer een verrassende oplossing voor een situatie en dus draai aan het verhaal te geven. Dit boek gaat zeker niet vervelen (en ik kan het weten, omdat ik het in de meivakantie drie keer heb voorgelezen op de achterbank van de auto). Ook een aanrader voor juffen en meesters! Voor hen zullen veel van de verhalen herkenbaar zijn. Lees hier het interview van boekwijzer met Rindert Kromhout.

 

sprookjesDe verzamelbundel De dertig mooiste verhalen van de sprookjesverteller verscheen pas in september 2010 toen Thé Tjong-Khing de Max Velthuijs-prijs ontving. Maar omdat het sprookjes zijn, noem ik het gewoon een klassieker. Toen Khing bij het voorlezen van oude sprookjes aan zijn kleinkinderen merkte dat het taalgebruik veel te moeilijk was voor kleuters, herschreef hij ze zo dat ze ook voor deze kinderen toegankelijk zijn. De sprookjes staan vol met oergeestige opmerkingen, zoals deze opmerking over de rattenvanger van Hamelen: ‘Natuurlijk is het niet goed wat die rattenvanger deed, om alle kinderen uit het stadje weg te lokken. Maar aan de andere kant, als je iets belooft dan moet je dat ook wel doen. Toch?’ Of over de vader van Anna die haar had uitgehuwelijkt aan de gemene Blauwbaard: ‘Maar wie eigenlijk een flink pak slaag verdiende was de vader van het meisje.’ Het is het eerste boek dat de illustrator zelf heeft geschreven en hij mag van mij nooit meer zeggen dat hij alleen maar kan tekenen.

5+

Kom je dansen, boze heks?‘Oeioeioei!’ Kom je dansen, boze heks – het eerste echte prentenboek over de boze heks – is verschenen. Het is dit jaar vijfentwintig jaar geleden dat Hanna Kraan en Annemarie van Haeringen de beroemde mopperkont op haar bezemsteel het leven van duizenden kleuters binnen lieten vliegen. En daarom is het voor iedereen feest in het bos, ook voor de boze heks. Als de haas, de uil en de egel naar haar hutje gaan om haar uit te nodigen wil ze niet komen: ‘Ik heb geen zin en ik heb geen tijd. Ik ben een hele bijzondere toverdrank aan het maken en daar ben ik nog wel een paar dagen mee bezig.’ Maar op de avond van het feest borrelt er opeens gifgroen schuim en een stinkende walm op uit de ketel met de toverdrank; door al die herrie buiten is de toverdrank mislukt. Dat zal ze de dieren eens goed betaald zetten. Of toch niet…
Ik hoop voor de boze heks dat Annemarie van Haeringen meer prentenboeken mag maken van de geweldige verhalen van Hanna Kraan! De voorleesbundel Hier is de boze heks is trouwens ook een echte aanrader.

plukWie kent hem niet: Pluk van de Petteflet met zijn rode kraanwagentje. Als hij op een dag rondrijdt op zoek naar een huisje vertelt Dollie de duif hem dat er in het torentje van de Petteflet nog een kamertje vrij is. Het is het begin de spannende avonturen die Pluk samen met vertrouwde figuren als Aagje (de dochter van mevrouw Helderder), de familie Stamper, Zaza de kakkerlak, meneer Pen van de boekenwinkel en de Majoor mee zal maken. En dan zijn er natuurlijk de karakteristieke tekeningen van Fiep Westendorp. De gewoonste dingen worden bijzonder als ze getekend zijn door deze grote illustratrice. Zij en de schrijfster ontmoetten elkaar in 1947 in journalistencafé Scheltema en dat betekende een levenslange legendarische samenwerking en vriendschap. 

6+

we gingen achter de hamsters aanGouden Griffel-winnaar Bibi Dumon Tak liep als vrijwilligster mee met de dierenambulance en schreef er de spannende, grappige en ontroerende verhalenbundel We gingen achter de hamsters aan over. In Winterdieren en haar Buitengewone en Doodgewone dierenboek bewees ze al dat ze als geen ander beeldschone miniatuurportretten rondom dieren kan schetsen, deze bundel bevestigt dat nog eens. Alles komt aan bod; soms is het verhaal grappig, soms verdrietig, maar altijd zo geschreven alsof je zelf in de dierenambulance zit. Het enige wat ik miste waren de illustraties van Fleur van Weel, maar dat was misschien wat lastig nu foto’s van de gebeurtenissen de verhalen nog sprekender maken. Het vervolg verschijnt binnenkort!

sleutelkruidRindert Kromhout zei het mooi in het interview dat boekwijzer met hem had: ‘Naar echt goede kinderboeken kun je je leven lang teruggrijpen zonder teleurgesteld te raken.’ Het sleutelkruid van Paul Biegel is voor hem en voor mij zo’n boek. Het gaat over de stokoude koning Mansolein. Zijn dienaar Haas maakt zich zorgen. Het hart van de koning is zwak. Hij weet dat alleen de wonderdokter het oude, versleten hart van de koning nog kan helpen. Daarvoor moet de dokter op zoek naar het sleutelkruid, dat ver weg groeit. In de tussentijd moet het hart van de koning elke dag één keer flink kloppen. De wonderdokter stuurt alle dieren die hij tegenkomt naar het paleis van de koning om daar hun spannendste en mooiste verhalen te vertellen. Het sleutelkruid werd in 1965 Kinderboek van het jaar en betekende de definitieve doorbraak van de meesterverteller met het rovershart. Harmen van Straaten maakte bijzonder mooie tekeningen voor deze uitgave die in de Biegel Bibliotheek uitkwam.

7+

Kapitein KeesAls je het bootje van Kapitein Kees instapt, vaar je samen met hem, hondje Bas en cavia Hector, zó een sprookjesachtig avontuur tegemoet. Op een zonnige dag gaat Kees een stukje varen. Hij vindt het zo goed gaan dat hij besluit de grote rivier over te steken, op naar onbekende wateren. Hij ontmoet een leuk, heel mooi meisje, en ook een oud verward dametje. Wat hij niet weet is dat inmiddels iedereen naar hem en dat vrouwtje op zoek is. Voor zover dat nog niet gebeurd was door het verhaal- en verplaatstalent (want je voelt je – meisje of niet – even helemaal het jongetje Kees) van Anke Kranendonk, toveren de wondermooie illustraties van Annemarie van Haeringen een onuitwisbare glimlach op je gezicht. Bekijk hier een leuk filmpje.

Pudding TarzanPudding Tarzan van Ole Lund Kirkegaard was het lievelingsboek van mijn broertje. Hij had ál zijn boeken. En terecht! Jongens die kattenkwaad uithalen en het moeten opnemen tegen volwassenen spelen vaak de hoofdrol in de boeken van de Deense schrijver. Of – zoals in Pudding Tarzan – een antiheld, die het moet opnemen tegen de grote jongens. Iwan Olsen krijgt elke dag wel een pak rammel omdat hij geen spierballen heeft, maar vogelpoepies, en helemaal niet ver kan spugen. Zijn vader zou wel willen dat hij net zo groot wordt als de echte Tarzan, maar hoe hard Iwan het ook probeert, koning van het oerwoud zal hij wel nooit worden, eerder een ‘Pudding Tarzan’ als hij zijn vader moet geloven. Op een dag komt hij een echte heks tegen en mag hij een wens doen. Hij bedenkt de allerbeste wens ooit: hij wenst dat een dag lang al zijn wensen uitkomen. Het wordt de dag van zijn leven. Ole Lund Kirkegaards boeken zijn avontuurlijk, humoristisch en fantasievol. De stripachtige illustraties – die hij zelf maakte – zetten het verschil tussen Pudding Tarzan en zijn opponenten lekker karikaturaal neer. Ik geloof echt dat antiheld Pudding Tarzan zelfs de grootste antilezer zal bekoren! 

8+

Mijn broer is een superheld‘Mijn broer is een superheld. En ik had er ook een kunnen zijn, alleen moest ik net op dat moment plassen.’ Sommige boeken pakken je in met hun eerste zin, Mijn broer is een superheld is er daar zeker een van. Stripboekenfan Luuk gaat even vijf minuten naar de wc en als hij terugkomt is er een buitenaards wezen langsgekomen om zijn grote broer – ‘superleerling’ Zack – superkrachten en een missie te geven: hij moet de mensheid (en nog een ander universum) redden. Dát is niet eerlijk, vindt Luuk! ‘Waarom heb jij superkrachten? Je leest niet eens stripboeken!’ Maar als Zack vervolgens wordt gekidnapt en blijkt dat een object in het zonnestelsel op ramkoers ligt met de aarde, moeten Luuk en zijn vrienden al hun krachten inzetten om hem te vinden en de wereld te redden.
David Solomons zegt zelf dat hij over een kinderlijk gevoel voor humor bezit, maar ook als volwassene heb ik (gênant vaak) hardop mee zitten lachen. Kom maar op met deel twee (gezien het einde denk ik dat dat er wel gaat komen).
 Lees hier ook het leuke verhaal van zijn uitgeefster. Ze vertelt over de eerste keer dat ze het verhaal las, de biedingsoorlog om de rechten en de euforie die ze voelde toen ze hoorde dat ze Mijn broer is een superheld mocht gaan uitgeven.

 

De GVRZoals Mijn broer is een superheld je pakt met de eerst zin, verovert De GVR je met het eerste hoofdstuk. Vooruit dan, wat zinnetjes uit deze klassieker van Roald Dahl uit 1983… ‘Sofie kon niet slapen.’ ‘Nog niet het kleinste geluid was te horen. Sofie had nog nooit zo’n stilte meegemaakt. Misschien, dacht ze bij zichzelf, was dit nu wat ze het spookuur noemen.’ ‘Ze besloot haar bed uit te gaan en de kier in de gordijnen dicht te doen.’ ‘In het zilveren maanlicht zag de dorpsstraat, die ze zo goed kende, er totaal anders uit.’ ‘Plotseling verstijfde ze. Aan het einde van de straat kwam iets aangestapt. Het was iets zwarts… Iets langs en zwarts… Iets heel langs en heel zwarts en heel duns.’ Probeer na dat hoofdstuk maar eens: ‘Zo, lieve kindjes, tijd om te gaan slapen.’ te verkopen. Wat moet ik er nog meer over oprakelen? De snoskommers, De Bloedbottelaar, de mensbaksels, Uwe Majestein? Of waren jullie ook alweer verkocht na die paar zinnen uit het eerste hoofdstuk… ‘Aha,’ zei de GVR. ‘Ik vroegt mij al af hoe lang het zoudt duren voor jij dat vraagt.’

9+

gipsGips gaat over een gezin dat volgens hoofdpersoon Fitz ‘echt heel nodig in het gips moet.’ De ouders van Fitz gaan scheiden. Als het boek begint heeft Anna Woltz de pleisters er bij haar personages net afgerukt; de wonden die met de scheiding gepaard gaan zijn genadeloos blootgelegd. Bij het zusje van Fitz moet zelfs een vingertopje eraan geloven. Door dat ongeluk ontmoet het gezin elkaar op de spoedeisende hulp. Primula, een van de personages uit het boek, kijkt alle ziekenhuisseries van de wereld. Gips kan zich met de meest meeslepende daarvan meten. Fitz ontdekt hoe het voelt om iemand te zijn, dat het soms dapperder is om iets te proberen dan om niet mee te doen, welke wonden helen, welke littekens achterlaten én welke onverwacht een mooi resultaat opleveren: ‘Op de televisie maken ze een appeltaart. Een speciale die je met de korst naar boven bakt en op het laatste moment pas omdraait. En dan zie je opeens een cirkel van glanzende appeltjes in karamel.’ Lees hier meer over de boeken van Anna Woltz en hier het interview dat boekwijzer met haar had. 

bolderburenDe kinderen van Bolderburen van Astrid Lindgren gaat over het dorpje Bolderburen. Er staan maar drie huisjes staan, waar zes kinderen wonen (op het laatst zeven). Elk hoofdstukje bevat een klein avontuur. Of de kinderen nu naar school lopen en een hond willen redden, een groot kampvuur maken, in hooigangen spelen, gaan zwemmen, kerst vieren, tanden verliezen, hutten bouwen, met elkaar praten door blikjes… De verhalen roepen allemaal hetzelfde gevoel op: zo zou ik ook wel willen opgroeien! Vroeger moest dit boek elk jaar mee op vakantie. Stel dat ik zin zou krijgen om het te lezen en het was achtergebleven op mijn kamertje! En nog steeds herlees ik deze omnibus van de drie Bolderburen-boeken bijna elk jaar, gewoon omdat ik er zo gelukkig van wordt.

10+

Hotel de grote LHotel de grote L van Sjoerd Kuyper zou zo maar eens de Gouden Griffel-winnaar van 2015 kunnen zijn. Het boek heeft alles in zich om het te worden. Het is spannend, grappig, origineel en hoopvol.
Kos is dertien en woont samen met zijn vader en zijn zussen Libbie, Briek en Pel in hun Hotel de grote L (althans zo ver waren ze gekomen met de letters op de muur op de ochtend dat het avontuur begint). De moeder van Kos is drie jaar eerder overleden. Als zijn vader een hartaanval krijgt terwijl hij samen met Isabel (het mooiste meisje van het heelal volgens Kos) naar de kampioensvoetbalwedstrijd van Kos staat te kijken, moet Kos Hotel de grote L. samen met die drie zussen van een faillissement zien te redden. Er maar één ding op: iemand moet Miss Noordzee worden, want daaraan is een flinke geldprijs verbonden. Helaas voor Kos blijkt hij, verkleed, de mooiste van het stel te zijn en is zijn concurrente Isabel. Ach, 
‘eens moet je uit je pak stappen, eens moet je je kleren uittrekken, eens moet je vel eraf zodat ze je hart kunnen zien kloppen.’ denkt Kos in het boek. En dat is precies wat Sjoerd Kuyper met zijn personages doet, hij legt hun kwetsbaarheden tegelijk vertederend, humorvol én stoer bloot. Het boek werd zelfs getipt in DWDD

Brief voor de koningDe brief voor de koning van Tonke Dragt vind ik het kinderboek der kinderboeken. Het boek won in 2004 de Griffel der Griffels (ter gelegenheid van de vijftigste verjaardag van de Kinderboekenweek werd in dat jaar voor het eerst de Griffel der Griffels uitgereikt: de prijs voor het beste Gouden Griffelboek van de afgelopen vijftig jaar. De winnares was Tonke Dragt met De brief voor de koning, die de Griffel al in 1963 had mogen ontvangen). Het vertelt het verhaal van de zestienjarige Tiuri, die in de nacht voordat hij tot ridder zal worden geslagen een opdracht van levensbelang krijgt. Hij moet een geheimzinnige brief brengen naar de koning van het land aan de andere kant van de bergen. Onderweg wordt hij belaagd door vijanden: de Rode Ridders, sluit hij een vriendschap voor het leven: met Piak, ontmoet hij een meisje: Lavinia en ontwikkelt hij zich van jongen tot man. Het boek zuigt de lezer mee in zijn spannende, geheimzinnige, avontuurlijke reis. De thema’s zijn van alle tijden en het is dus geen wonder dat het boek generatie op generatie en na vijftig jaar ook eindelijk Engeland verovert.

11+

SpijkerzwijgenVoor Spijkerzwijgen liet Gouden Griffel-winnaar Simon van der Geest zich inspireren door verhalen van zijn vader: de échte Spijker. Die plantte beelden in zijn hoofd die uitgroeiden tot dit ontroerende, spannende, levensechte verhaal over Vonkie en haar opa. De ouders van Vonkie hebben wat tijd nodig om dingen op een rijtje te zetten en daar kunnen ze haar niet bij gebruiken (‘Terwijl ik heel goed ben in dingen op een rijtje zetten. Hier: 1 je hebt mama 2. Je hebt papa. 3. Je hebt mij. En die drie, die horen bij elkaar. Klaar.) en dus moet ze een week bij haar opa op de boerderij gaan logeren. Haar opa zit vol verhalen over zijn zes broers met allemaal gekke bijnamen. Vooral over Buts, als opa met hem was durfde hij alles. Later was het misgegaan tussen de twee broers, helemaal mis, maar dáár wil opa dan weer niks over vertellen. Vonkie heeft er genoeg van dat ze overal buiten gehouden wordt: ‘Vind je het gek dat ik het niet begrijp? Ze vertéllen me ook niks!’ Ze gaat zelf op onderzoek uit (‘Als je nooit ouwe koeien opvist… raakt je sloot verstopt.’) en bedenkt een slim plan om haar opa Spijker en Buts weer bij elkaar te krijgen.

 

GegijzeldOp een middag na school krijgen Gerard, Bertus en Jacqueline bijles van hun wiskundeleraar, Henk is er ook nog, hij moet nablijven. Opeens klinken er opeens schoten vanuit de school, de deur wordt opengesmeten en er verschijnen twee in het zwart geklede mannen in het lokaal. Het is het begin van Gegijzeld, het meeslepende verhaal dat Evert Hartman in 1984 over een vier nachten durende gijzeling schreef. Het boek verslaat niet alleen de gijzeling, maar ook hoe Leon, een van de gijzelnemers ertoe is gekomen om deze daad te plegen. Hij voert de kinderen en lezer mee terug naar zijn vaderland waar een dictatuur heerst. Als zijn vader wordt opgepakt omdat hij het niet eens is met het regime, worden hij en zijn zusje Ramona opgesloten in een opvoedinstituut. Leon zet alles op alles om te vluchten. Na al die jaren heeft Gegijzeld nog niks aan actualiteit en zeggingskracht verloren. En bijna alles zit erin; spanning, avontuur, levenslessen, liefde én vriendschap.

12+

Het kankerkampioenschap voor junioren‘Max,’ zei de oncoloog, ‘je hebt daadwerkelijk kanker.’ In het echte leven heet Max Roy, Roy Looman. Toen hij vijftien jaar oud was, kreeg hij het bericht dat hij kanker had: ‘Dit is het ziekste spelletje dat ik ooit heb gespeeld – maar ik kan ongelooflijk slecht tegen mijn verlies, dus ik ga niet dood. Dan weet je dat alvast.’ Later vertelde hij zijn verhaal aan schrijver Edward van de Vendel. Meer dan veertig middagen zaten ze bij elkaar; het directe, indrukwekkende, ontroerende en ook grappige Kankerkampioenschap voor junioren is het resultaat. Een compleet verslag (‘Ik vertel het hele verhaal, ik vertel alles wat er gebeurd is. Ik weet nu dat dat belangrijk is.’) met alle hoogte- en dieptepunten: verdriet, angst, vriendschap en de onzekerheid van het leven na het moment dat hij genezen was verklaard. Edward van de Vendel heeft het boek zo geschreven (en Roy het verhaal waarschijnlijk zo verteld) dat het lijkt alsof Roy in levenden lijve tegenover je zit. Ik heb gehuild, gegniffeld, nagedacht, hardop gelachen en het met een bewonderende diepe zucht dichtgeslagen. Roy denkt zo mee met zijn ouders, dat het een bijzonder voorleesboek kan zijn: ‘Mijn ouders hadden me op de wereld gezet, en de kanker probeerde me er weer vanaf te werken. Dat was ook een aanval op hen.’ Lees hier het interview dat boekwijzer had met Edward van de Vendel.

HasseHasse Simonsdochter (uit 1983) is een van mijn lievelingsboeken van Thea Beckman, en was dat ook van de schrijfster zelf. Zoals vaak in haar boeken berust het verhaal op historische feiten. Het speelt rond 1477, in de tijd van de Hoekse en Kabeljauwse twisten rondom handelsstad Kampen. Elfenkind Hasse vindt het maar druk en benauwd in de stad, ze trekt er liever op uit met haar zelfgemaakte pijl en boog. Op een dag redt ze Jan van Schaffelaar van het schavot door ter plekke met hem te trouwen en begint het heerlijke avontuur dat ze samen (met een groep huurlingen) beleven. De andere verhaallijn speelt rondom leerling-klokgieter Gerrit van Wou. Zijn oom laat hem kennismaken met meesterschilder Jeroen van Aken, die zijn naam later veranderd in Hieronymus Bosch, oftewel Jeroen Bosch (‘Ja, maar eens zal Jeroen een beroemd schilder zijn, dat voorspel ik je.’). Als je het boek in historisch perspectief wilt plaatsen kun je in 2016, ter ere van het vijfhonderdste sterfjaar van de meester, in Het Noordbrabants Museum de grootste internationale overzichtstentoonstelling van de ‘duivelskunstenaar’ ooit bezoeken. ‘Een historisch boek dat rondom een pittig meisje draait, zei de uitgever, dat kun jij best. Ja, dat kan ik best,’ zei Thea Beckman. Hasse Simonsdochter is het prachtige, tijdloze resultaat.

13+

Ik geef je de zonJandy Nelson schreef met Ik geef je de zon een van de mooiste boeken die ik ooit gelezen heb. Noah en Jude zijn tweelingen. Tot hun dertiende zijn ze zó onafscheidelijk dat ze zichzelf NoahenJude noemen, drie jaar later spreken ze elkaar amper nog. Intense liefde is omgeslagen in intense boosheid. Het verhaal wordt om en om door Noah en Jude vertelt, ze hebben – zonder dat ze het weten – allebei maar de helft van het verhaal in hun hoofd, pas als die verhalen samen kunnen komen zal het boek en hun wereld weer compleet zijn. Ik geef je de zon gaat over de ingewikkeldheid van familie- en liefdesrelaties, over het niet met elkaar en niet zonder elkaar kunnen leven, over pijn, vergeving en oprechte liefde. De intensiteit (zo stampvol emotionele verhelderingen) waarmee het verhaal gebracht wordt maakt het geschikt voor kinderen die deze gevoelens aan het ontdekken zijn en ouderen die waren vergeten hoe het was. In het buitenland won het boek al talloze prijzen. Het is een kwestie van tijd tot de eerste in Nederland valt! Lees hier meer over het boek en hier meer over Jandy Nelson.

Allemaal willen we de hemel‘Wat als je iets onderneemt, in volle overtuiging dat je goed bezig bent, maar het draait verkeerd uit? Hoe gaat het dan? Ik moest dat echt weten.’ zegt de Vlaamse Els Beerten over de totstandkoming van Allemaal willen we de hemel. Het boek speelt zich af in België tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. Jef leeft na de oorlog als held, Ward als verrader. De grens tussen goed en fout blijkt echter pijnlijk dun.
De oordeelloosheid waarmee Beerten over de keuzes van haar personages schrijft is groots. Allemaal willen we het beste… de hemel, maar evengoed als iemand nooit helemaal goed is, is iemand ook nooit helemaal slecht. Het grote gelijk bestaat niet. Allemaal willen we de hemel is een verhaal van nuances dat uitnodigt om met andere ogen naar de complexe werkelijkheid te kijken, na te denken over goed en kwaad, waarheid en leugen, over loyaliteit, liefde, vriendschap en verraad. Heel wat dus. Het boek won in Nederland en België ongeveer alles wat er te winnen valt voor een young adult. Lees hier meer over de boeken van Els Beerten en hier het interview van boekwijzer.

3 reacties op “Voorlezen en voorleestips

  1. Pingback: Boekwijzer – VIER KEER ANKE KRANENDONK + EEN WINACTIE

  2. Pingback: Mama Glossy 5X GEWELDIGE KARTONBOEKJES - Mama Glossy

  3. Pingback: WIN HET KANKERKAMPIOENSCHAP VOOR JUNIOREN – Boekwijzer

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *